Droes

Droes is een zeer besmettelijke ziekte voor paarden. Het wordt veroorzaakt door een bacterie. Deze bacterie zorgt voor een infectie van de voorste luchtwegen waarbij abcessen ontstaan. De lymfeknopen die tussen de kaaktakken liggen en de lymfeknopen die boven de keel liggen worden het vaakst aangetast.

Het is meestal een ziekte die paarden op jongere leeftijd al doormaken en daarna enige immuniteit tegen opbouwen. Deze immuniteit is niet levenslang en ook oudere paarden kunnen droes krijgen.

Symptomen
De tijd tussen besmetting en het ontwikkelen van de symptomen is ongeveer 2 tot 6 dagen. Meestal begint het met koorts, niet eten en daarna het opzwellen van de lymfeknopen. De lymfeknopen worden abcessen en breken naar buiten. Soms breken de lymfeknopen naar de keel of in de luchtzak door en zie je alleen dikke neusuitvloeiing. Een paard met droes kan ook wat benauwd worden door de zwelling rond de keel.

Diagnose
Bij twijfel kan een dierenarts een abces aanprikken of een keelswab nemen en de bacterie kweken. Ook is het mogelijk om met behulp van bloedonderzoek antilichamen aan te tonen.

Behandeling
Als de lymfeknopen al gezwollen zijn, zullen de abcessen moeten rijpen en doorbreken. Eventueel kan dat proces versneld worden door de huid ter hoogte van de lymfeknopen te scheren en in te smeren. Soms kan een abces geopend worden. Na het doorbreken kan het abces gespoeld worden met een verdunde jodiumoplossing.

Het paard moet gedurende het ziekteverloop in de gaten worden gehouden of het benauwd wordt en of het blijft eten en drinken. Soms worden wat pijnstillende en ontstekingsremmende middelen gegeven.

Verspreiding
De verspreiding van de bacterie die de droes veroorzaakt verloopt voornamelijk via de pus uit de open gebroken abcessen en neusuitvloeiing van zieke paarden. De pus wordt verspreid door direct contact tussen paarden maar ook indirect bijvoorbeeld via verzorgers of besmette voorwerpen. De bacterie kan ook enkele weken in de omgeving overleven als er optimale omstandigheden zijn. Er zijn ook paarden die drager zijn, waarbij de bacterie in hun luchtzak huist zonder dat die paarden ziek zijn. Deze dragers kunnen de bacterie wel uitscheiden en telkens ervoor zorgen dat nieuwe paarden ziek worden.

Management
Bedrijven met een geval van droes moeten geen paarden naar een ander bedrijf laten gaan en geen paarden van een ander bedrijf toelaten om verspreiding te voorkomen. De zieke paarden moeten geïsoleerd worden met strikte hygiënische maatregelen, zoals aparte verzorgers en stalbenodigdheden die niet bij de andere paarden komen. De andere paarden moeten twee keer daags getemperatuurd worden om nieuwe gevallen snel op te sporen. Een nieuw geval wordt pas infectieus voor andere paarden als er pus uit de abcessen komt of via de neusuitvloeiing, en kan op die manier tijdig naar de zieke paarden verplaatst worden.

Een paard dat droes heeft gehad scheidt nog 4 tot 6 weken de bacterie uit. Over het algemeen is daarom het advies om tot 6 weken na het herstel (dat betekent geen koorts meer en geen zichtbare uitvloeiing uit een abces of de neus) van het laatste paard de stal gesloten te houden. Na twee weken zijn de risico’s wel al een stuk minder mits de bedrijven een goed hygiënisch protocol hebben aangehouden, een huishoudelijke reiniging hebben ondergaan en daarna ontsmetting van de stallen en andere besmette ruimtes met bijvoorbeeld Halamid of chloor is uitgevoerd. Een weide waar paarden met droes hebben gestaan kan nog 4 weken besmettelijk zijn.

Preventie
Laat je paard geen direct contact hebben met paarden van een andere stal en gebruik altijd een eigen emmer en vers water op wedstrijden. Er bestaat een mogelijkheid om te vaccineren tegen droes. Deze vaccinatie gaat onder het slijmvlies in de bovenlip van het paard. Deze vaccinatie kan in sommige situaties wenselijk zijn maar heeft ook nadelen die het best per situatie besproken kunnen worden met de eigen dierenarts.