Donar en Daisy deel 1
Yesss! Eindelijk zomervakantie! Daisy gooit haar tas in een hoek. 'Die heb ik de komende zes weken niet nodig! Dag basisschool, hallo middelbare school. Maar nu eerst... lekker vakantie!' De vakantie begint goed met eerst een week ponykamp bij manege De Roskam. Ze mocht kiezen, óf een extra week naar de BSO (saaaai…) óf een week op ponykamp. Haar ouders moesten nog een week werken. Na het ponykamp gaat Daisy twee weken met haar ouders en haar broertje op bezoek bij haar oma in het Spaanse Mijas. Haar oma heeft een prachtige witte Andalusische merrie Quinta. Daisy verlangt er naar om net als elke zomer, uren met Quinta door te brengen. De merrie geniet ervan als Daisy haar lange manen borstelt en daarna prachtig invlecht. Samen met haar oma maakt ze lange ritten door het ruige landschap onder de heerlijke Spaanse zon. Wel wat anders dan hier in de polder, denkt Daisy.
Er is werk aan de winkel. Morgen is het ponykamp en ze moet al haar spullen nog inpakken. Helaas kan Daisy's beste vriendin Anke niet mee, dus nu gaat ze alleen op ponykamp. Oef, dat is toch wel spannend. Daisy vindt het lastig om nieuwe vrienden te maken. Het liefst is ze bij paarden in de buurt. Daar hoeft ze niet mee te praten. Paarden begrijpen haar zo ook wel.
De volgende dag…
De ouders van Daisy zetten haar af bij het ponykamp. Manege De Roskam ligt aan de rand van het bos, dat weer aan de duinen en de zee grenst. Een prachtig gebied waarin je fantastische buitenritten kunt maken. Daisy heeft nog nooit op het strand gereden. Hoe zou het zijn om door het water te galopperen? 'Jongens en meisjes, mag ik jullie aandacht? We gaan zo de pony’s verdelen.' Eveline, de baas van de manege legt uit dat iedereen een ‘eigen’ pony krijgt voor de hele week. Aan het einde van de week is er een wedstrijd dressuur en behendigheid. 'Als je de hele week op dezelfde pony rijdt, kun je goed oefenen voor de wedstrijd,' vertelt Eveline. Ze zitten allemaal in de kantine. Daisy zit naast een groepje meiden met dure blingbling rijbroeken en druk bezig met hun telefoons, die al even bling-bling zijn als de steentjes op hun rijbroeken. Ze zien Daisy niet eens zitten. Daisy kijkt een beetje om zich heen en fantaseert alvast over de pony die ze straks toegewezen krijgt. Ze hoopt de Arabische schimmel Arabella, die ze net zag staan. Zij heeft net zulke mooie manen als Quinta. Ze verheugt zich er al op om alle verschillende vlechten te prpberen die ze kent.
'Daisy jij mag op Donar', hoort ze Eveline zeggen. Daisy schrikt op uit haar gedachten. ‘Donar’ klinkt wel stoer, maar niet echt als een merrie met een bos manen. Als iedereen een pony toegewezen heeft gekregen, is het tijd om naar de stallen te gaan. Eveline wijst waar Donar staat, in de laatste stal helemaal achterin de gang. Donar staat met zijn billen naar Daisy toe. Ze ziet meteen de ontplofte staart die meer van een ragebol weg heeft dan van een mooie paardenstaart. Nieuwsgierig draait Donar zich om naar Daisy. Zijn bruine vacht glanst en met zijn vriendelijke blik kijkt hij haar onderzoekend aan. Daisy moet grinnikenom zijn grappige snoet, maar dan… waar zijn zijn manen? Helemaal niets! Alles afgeschuurd…
Ze voelt zich meteen schuldig en heeft ze medelijden met Donar. 'Hij moet enorme jeuk hebben,' zegt ze tegen zichzelf. 'Dat klopt,' hoort ze achter zich. Eveline vertelt haar dat Donar deze zomer op Manege De Roskam is gekomen. Ze hopen dat hij door de zeelucht minder last heeft van zijn staart- en maneneczeem. 'We moeten afwachten of dat ook zo is', zegt Eveline. 'Hij is in elk geval een superlieve pony en daar zijn we ook erg blij mee. Oh ja, hij houdt niet van water. Dat is voor jou wel handig om te weten.' En weg is Eveline weer. 'Ook dat nog,' zucht Daisy. 'Geen manen om te vlechten en ook nog eens een pony die niet van water houdt! Hoe kan ik dan door de branding van de zee galopperen?!'
Geweldige les!
De eerste les op Donar is geweldig. Hij is super braaf en het voelt of Daisy al jaren op hem rijdt. Amy, een van de bling-bling meisjes, rijdt op de schimmel Arabella. Daisy voelt een steek van jaloezie. Amy trekt veel te hard aan de teugels en is meer met zichzelf bezig en met selfies maken dan met het rijden en Arabella. Na het rijden verzorgt Daisy Donar tot in de puntjes. Ze borstelt zijn vacht tot hij weer helemaal droog is en glimt
als een spiegel. Als ze langs de stal van Arabella loopt, ziet ze dat het zadeldekje op de grond ligt en Arabella nog vol zweetplekken op stal staat. Gauw pakt ze een borstel en poetst ze ookArabella tot ze er weer uitziet om door een ringetje te halen. Het dekje legt ze netjes in de zadelkamer op de plaats waar het hoort. Nu is het tijd om te kijken waar ze vanavond slaapt. Daisy is zo lang met Donar en Arabella bezig geweest dat
ze als laatste aankwam bij de slaapzalen. Alle kinderen hebben al een slaapplek uitgekozen. 'Oh nee, als ik nu maar nu niet bij die bling-bling meiden op de kamer moet,' denkt Daisy. Hun kamer is al vol, en trouwens, er liggen zo veel spullen verspreid door de kamer dat Daisy er met geen mogelijkheid bij had gekund. Ze vindt nog een plekje bij de hartsvriendinnen Carlijn en Ellis. Wat mist ze Anke nu! Maar goed, alles beter dan bij Amy en die andere troela’s, denkt ze.
De week vordert en Daisy is vooral bij Donar te vinden. Hoewel ze dan misschien niet zijn staart en manen kan vlechten, ontdekt ze dat Donar erg veel van aandacht en borstelen houdt. Daisy vindt niet zo veel aansluiting bij de andere kinderen. De meesten zijn er met een groepje en zijn vaak met hun telefoon in de weer. Daisy heeft niet eens een telefoon en kan niet meepraten over Snapchat en ze heeft geen idee wat een Insta Story is. Lekker belangrijk ook. Net als de jongens; die proberen vooral indruk te maken op de meiden. Jongens interesseren Daisy niet. Ze is liever in de buurt van de paarden. Ze helpt Erik de staljongen veel met kleine klusjes en het binnen en buitenzetten van de paarden. Erik is ook geen prater, net als Daisy.
Op donderdag is er een dressuurclinic waarin een bekende dressuurruiter vertelt over dressuur. Vier kinderen mogen meerijden. Wat wil Daisy graag een van die ruiters zijn! Ze is dan ook erg teleurgesteld als niet zij, maar uitgerekend Amy een van de vier gelukkige ruiters is. Als alle kinderen en begeleiders van het ponykamp naar de grote binnenbak zijn gegaan om naar de clinic te kijken, sluipt Daisy naar de stal. Donar is inmiddels erg op Daisy gesteld en begroet haar met een zacht gehinnik. Zal ze… 'Ja, ik doe het gewoon!' Daisy pakt gauw het zadel en hoofdstel van Donar en verlaat de manege aan de achterkant, waar niemand haar hoort. Samen rijden ze het bos in dat naar de duinen leidt. Gisteren hebben ze hier met de hele groep gereden en Donar is zo braaf geweest dat Daisy het best aandurft om alleen met hem naar het bos te gaan. Ze denkt dat toch niemand haar mist. Ze spoort Donar aan tot een flinke galop en vergeet alles om zich heen. Dan schiet een bliksemschicht door de lucht en volgt een oorverdovende donder. Daisy denkt dat haar hart stilstaat. Ze is doodsbang voor onweer! Waar is ze? En hoe komt ze weer terug? Het begint keihard te regenen en het dondert en bliksemt maar door. Donar is merkbaar uit zijn humeur omdat hij nat wordt, maar de donder en de bliksem doen hem niks. Donar betekent niet voor niks ‘God van de donder’! Zonder telefoon kan Daisy niet bellen voor hulp en ze heeft niet op de weerapp kunnen zien dat noodweer op komst was. Gelukkig kent Donar het ruiterpad door het bos goed. Hij neemt zonder twijfel de juiste afslag om weer snel bij de manege terug te komen. Daisy zit lijkbleek op zijn rug. Op de manege is iedereen in rep en roer. Daisy en Donar zijn weg! De stoerste jongens zijn met Erik in de terreinauto naar het bos gereden. De bling-bling meiden hebben met hun telefoon de weerapp in de gaten gehouden en gegild bij elke donderklap. Iedereen zat enorm over Daisy in. De opluchting is dan ook groot als ze samen met Donar ongedeerd het erf van de manege op komt. Eveline geeft Daisy nog wel een standje.
'Je had nooit maar dan ook nooit zomaar alleen op pad mogen gaan!'
'En dan nog met zulk slecht weer op komst. Dit had heel anders kunnen aflopen.' Daisy is in tranen en belooft dat ze dat nooit meer doet. Ze heeft haar lesje wel geleerd. De volgende dag is de grote dag van de wedstrijd en de laatste dag van het ponykamp. Daisy heeft Donar gauw klaar voor de wedstrijd, want er valt niets te vlechten. 'Wil je mij helpenmet Arabella?” vraagt Amy haar. Ik hoorde je vertellen over het paard
van je oma en dat je zo goed kunt vlechten.' Samen met Amy maakt ze van Arabella een prachtig showpaard. Amy laat Daisy filmpjes zien op You- Tube waarin wordt uitgelegd op welke verschillende manieren je de manen van een paard allemaal kunt invlechten. Plaatsje in haar hart De wedstrijd begint en wat is het spannend! Alle ouders zitten langs de bak en Daisy voelt het kriebelen in haar buik. Na de dressuur staat ze op de tweede plaats. Donar loopt zijn proef braaf, maar hij is niet zo spectaculair als Arabella. Het laatste onderdeel, de behendigheid, bepaalt wie de winnaar is van vandaag. Arabella schrikt van de stalkat die op de bakrand springt. Dat kost Amy punten. Het is nu of nooit, denkt Daisy! Geconcentreerd rijdt ze het parcours, over de brug, de slalom. Ze opent en sluit het hek en spoort Donar aan voor een eindsprint. Geen fouten en de snelste tijd! Het oranje lint gaat naar Daisy en Donar!
Wat een geweldige afsluiting van deze bijzondere week! Donar heeft een plaats in haar hart veroverd en Amy gaat ze zeker ook nog vaker zien. Ze heeft Daisy gevraagd of ze haar ook zo mooi wil leren vlechten. Ze woont maar een paar kilometer verderop. Amy geeft haar haar telefoonnummer. 'We appen!' zegt ze tegen Daisy. Daisy’s ouders vragen hoe het ponykamp is geweest. 'Geweldig! En ehhh… pap? Mag ik een telefoon?!'